Toen ik een tijdje terug mijn ooit geschreven blogs checkte, gooide ik er veel weg. Maar eentje moest ik houden. Of eigenlijk nog een keer vertellen. Omdat het Heel Vaak verteld moet worden.
Tien jaar geleden was ik mijn studie beu en werkte ik tijdelijk als huishoudelijke hulp in de thuiszorg. Op een dag belde ik aan bij een huis waar een sticker op de deur was geplakt, waarop stond dat alleen mensen die zich hadden geregistreerd als orgaandonor welkom waren. ‘Nou’, dacht ik, ‘dat is geen probleem, ik had voor mijn 18e al een donorcodicil in mijn portomonee’.
Ik kwam binnen in een stijlvol mannenhuis. Bij een stijlvolle man. Een twintiger. Die te vermoeid was om in de kamer te blijven zitten, terwijl ik het huis schoonmaakte. Hij was eigenlijk overal te moe voor. Want z’n hart was af en hij wachtte op een donorhart. Volgens mij stonden er nog drie mensen voor hem op de wachtlijst.
Overal in zijn huis stonden foto’s, van feestjes met vrienden, reizen. Hij wist al jong dat hij een zwak hart had, dus hij probeerde alles eruit te halen wat er in zat, omdat hij niet wist hoe het af zou lopen. Er stonden nog drie mensen voor hem op de wachtlijst.
Ik gaf het een podium
Jaren later liep ik stage bij de lokale krant en herinnerde me hem. En ik dacht: ‘Nu heb ik een podium, dus nu moet ik zijn verhaal vertellen, zodat er mensen zijn die zich misschien gaan laten registreren, het liefst als donor. Door dit verhaal zien mensen wat voor leed er schuilgaat achter zo’n formulier. Het is toch vreselijk om je te beseffen dat zo’n jongen misschien wel vroeg sterft, omdat iemand de moeite niet neemt om zich in te lezen in het orgaandonorschap. Ik weet zeker dat alle vrienden die ik zag op de foto’s wél orgaandonor zijn. Dus ik schreef zijn verhaal in een column, zo vaag mogelijk, zodat hij niet herkenbaar was. Hoop ik.
En zo liep het af
Een dag later – toen de column in de krant stond – belde er een man naar de redactie. Hij had het stuk gelezen en wist dat het over zijn zoon ging. Hij dacht dat ik misschien wel wilde weten hoe het was afgelopen.
En dat vertelde hij.
Drie weken nadat ik er was geweest overleed de jongen, omdat er niet op tijd een hart was. Z’n vriendengroep dronk nog steeds elke vrijdagavond een biertje op zijn graf om hem te herdenken. ‘En’, vertelde hij, ‘zijn moeder is kort daarna overleden. Van verdriet.‘
Misschien iets om over na te denken als je twijfelt over je registratie als orgaandonor.
♦ Meer informatie: www.donorregister.nl